Echografie
Tijdens een echografie wordt weefsel, zoals pezen, spieren, slijmbeurzen en banden in beeld gebracht. Echografie wordt gebruikt in het onderzoek naar de oorzaak van pijnklachten. Het werkt middels geluidsgolven die je niet hoort. De geluidsgolven worden opgevangen via een apparaatje die over de huid heen en weer wordt bewogen. Hierdoor is het voor de specialisten mogelijk om weefsels en organen in beeld te brengen.
Waarom gebruikt de fysiotherapeut echografie?
Onze fysiotherapeut gebruikt de techniek als aanvullend onderzoek naast het reguliere onderzoek. Met een echo kan de fysiotherapeut snel en duidelijk bepalen wat de pijn veroorzaakt en waar de oorzaak zit. Door de behandeling en het functieonderzoek kan de fysiotherapeut een gericht behandelplan voor uw blessure maken.
Hoe werkt echografie?
De fysiotherapeut gebruik een echokop en doet daar gel op. Met de echokop gaat de fysiotherapeut over het lichaamsdeel waar de klachten zijn. Op een scherm wordt het onderzochte gebied in zwart/wit in beeld gebracht. Het onderzoek duurt maximaal een half uur. De behandeling doet geen pijn en is niet schadelijk voor uw lichaam.
Bij welke klachten gebruikt de fysiotherapeut echografie?
Bij onder andere de volgende klachten kan de fysiotherapeut besluiten echografie in te zetten:
- een spierblessure.
- een peesblessure (bijvoorbeeld bij een gescheurde pees of bij een verkalking).
- een slijmbeursontsteking.
- verrekking of scheuring van gewrichtskapsel of banden.
- onderzoek naar cystes.